Wat is Storytelling?

Storytelling; het vertellen van verhalen heeft mensen altijd al gefascineerd. In de middeleeuwen had je De Nar, die met zijn verhalen een gezelschap kon boeien en amuseren. Een goed verhaal trekt de aandacht van jong en oud. Storytelling (in de neuropsychologie) is het proces waarbij verhalen of verhaalstructuren worden gebruikt om cognitieve en emotionele reacties in het brein op te wekken, waardoor informatie beter wordt begrepen, onthouden en doorgegeven.

Hoe werkt storytelling?

Mensen zijn geneigd je product of dienst te kopen als ze er een emotionele band mee hebben. Met name de emotie vreugde in combinatie met opluchting. Hoe je het verhaal vertelt, is vaak belangrijker dan het verhaal zelf.

Wat is het verschil tussen Storytelling en Framing?

Bij storytelling gebruik je naast woorden en zinsstructuren ook empathie (je leeft je in in de emotionele wereld van de ander). Er is een verhaallijn met een duidelijk begin en een eind. In het verhaal komen persoonlijke pijn- en vreugde punten aan bod. Er wordt een probleem geschetst waarin ieder ander mensen zich herkent en aan het einde is er de oplossing is: eind goed al goed. Bij framing stuur je met woorden en zinsstructuren de gedachten van de ander zodanig dat het uiteindelijk dat het naar de door jou gewenste keuze leidt. Empathie en een compleet verhaal is in mindere mate aanwezig.

Wat leer je over Storytelling bij de opleiding?

Bij de opleiding tot Beïnvloedingspsycholoog leer je de kunst van het vertellen van boeiende verhalen. Wat maakt een (levens)verhaal nu zo boeiend dat men aan je lippen hangt? Welke elementen zorgen ervoor dat je meer wilt weten? Tijdens de opleiding verdiep je je in de essentiële bouwstenen van een effectief verhaal. Hier zijn de vijf kerncomponenten die je zult ontdekken en beheersen:

  1. De hoofdpersoon: Het centrale figuur waaromheen het verhaal draait.
  2. Ambitie: Wat wil de hoofdpersoon bereiken? Wat is zijn of haar drijfveer?
  3. Conflict, pijnpunt of spanning: Dit element zorgt voor de nodige uitdagingen en intriges in het verhaal.
  4. Oplossing: Hoe het conflict of probleem wordt aangepakt of opgelost.
  5. Resultaat: De afloop en de gevolgen van de acties van de hoofdpersoon.

Door deze bouwstenen te begrijpen en effectief toe te passen, leer je verhalen te creëren die je publiek boeien en vasthouden.